
Zweeds Lapland
Mei lijkt ieder jaar weer een verraderlijke maand voor vakantieplannen. Terwijl ik van tevoren droom over zonnige wegen en heldere luchten, blijkt de realiteit vaak nat en onvoorspelbaar. Dit jaar was mijn oog gevallen op Tsjechië, maar het weer in Europa leek me opnieuw te dwarsbomen: regen, regen en nog eens regen. Alleen Zweden leek nog een lichtpuntje op de weersites.
Genadeloos afgestraft
Zoals wel vaker met het weer, pakte ook dit plan anders uit. Na de eerste paar dagen voelde het alsof de weergoden me wilden straffen – en misschien terecht. Ik reed immers op een sterk vervuilende, zestig jaar oude 4-takt bromfiets. Een mooie rit, maar verre van milieuvriendelijk.
Toch bracht deze reis me een onverwachte wending: ik kon mijn trouwe C310 parkeren bij een hostel en de meeste bagage achterlaten in de kelder. Hierdoor had ik mijn handen vrij voor een nieuw avontuur: een treinreis naar Zweeds Lapland.
19 uur comfort in ruil voor landschap
Een treinreis van 19 uur klinkt lang – en dat is het ook. Maar met een tussenstop in Stockholm werd het een ervaring op zich. Het uitzicht onderweg maakte veel goed, en de rust die je vindt in het noorden van Zweden is ongeëvenaard. In plaats van doorweekt op de C310 te zitten, genoot ik van het comfort van de rails, met als bestemming de uitgestrekte stilte van Zweden met een flinke sneeuwbui als toetje.
Op weg naar Denemarken – vroeg uit de veren
Na mijn omweg door het noorden ben ik gisteren teruggekeerd bij het hostel en vandaag richting Halmstad gereden. Morgenvroeg neem ik daar de boot naar Denemarken. De overtocht vertrekt al om 7:40 uur, dus het wordt een ouderwets vroege ochtend: om 6:40 sluit het inchecken.
Weersvoorspelling: nat, natter, natst
De komende dagen ziet het weer er opnieuw nat uit – vooral woensdag lijkt een waterballet te worden. Met nog vier dagen rijden voor de boeg, hoop ik vurig op betere omstandigheden. Misschien helpt het om vanavond nog even op m’n knieën te gaan voor een droog bed én gunstige weergoden.